Selecteer een pagina

Wat heb ik hier een hekel aan. Haat is misschien sterk uitgedrukt maar zo voel ik het wel. Waarom heb ik ook aangeboden om mee te gaan naar de rouwdienst.

Klaas liep somber achter zijn vrouw Els aan. Gisteren was hij bij haar om rustig te praten over de omgangsregeling met de kinderen. Via de advocaten wilde het niet lukken. Die kwamen met het voorstel om de kinderen naar therapie te sturen naar zo’n kindercoach. Nou echt niet. Zelf had hij ook geweigerd naar relatietherapie te gaan. Zakkenvullers zijn het allemaal.

‘Daar is de kerk al.’ Els wijst naar het kerkgebouw die half achter een paar grote kastanjebomen schuilgaat. Alleen de toren steekt erboven uit. Zwijgend lopen ze de kerk binnen en sluiten ze achteraan in de rij om te condoleren.

Wat moet ik zeggen, schoot het door Klaas heen. Ik ken die mensen niet eens. Het is een vriendin van Els. Het was niet goed gegaan bij de zwangerschap en vlak voor de geboorte was het hartje gestopt met kloppen. Misschien maar goed ook. Met zoveel afwijkingen had het kind nooit lang kunnen leven. Waar is de wc schoot het door Klaas heen. Misschien kon hij nog. Nee, ze waren al aan de beurt.

Voorzichtig geef ik de moeder een hand en mompelde wat. Daarna schud ik ook haar man de hand. Die wijst even naar Els. Ik knik.

‘Ja ik hoor bij haar.’ Snel loop ik door. Wat zien die mensen er opgewekt uit. Alsof hun kind niet begraven wordt. Samen lopen we de kerkzaal binnen.

‘Zullen we hier gaan zitten,’ zeg ik en ik wijs naar een plek achterin. Zwijgend zitten we naast elkaar als de dienst begint. Het koor begint te zingen, meteen voel ik mijn maag samentrekken en mijn keel dik worden. Blijkbaar raakt dit lied een gevoelige snaar. Gelukkig blijft het bij dit ene lied.

Nu komen de ouders het podium op. Ze vertellen hoe blij ze waren toen ze hoorde dat ze zwanger waren en dat die blijdschap omsloeg in wanhoop na de twintig weken echo. Weer voel ik mijn ogen vochtig worden. De moeder sluit het af door te zeggen hoe bijzonder de zwangerschap is geweest en dat er geen blijdschap was na de twintig weken echo maar wel veel vreugde. Vreemd dat ze dit los van elkaar zien blijkbaar zijn dit twee verschillende emoties.

Het koor begint weer te zingen. Weer voel ik de tranen komen. Voor mij zie ik hoe een man het ook zwaar heeft en een traan laat. En waarom ook niet. Er wordt een kind begraven. Wat is er erger dan dat voor ouders en dan mag je als man ook huilen. Waarom zou een man altijd sterk moeten zijn. Een traan ontsnapt en nog een traan en dan nog een. Al gauw is mijn gezicht nat. Een zachte hand knijpt zacht in de mijne. Hoop breekt door het verdriet heen en vreugde omsluit mijn hart.

Zwijgend lopen we na de dienst naar de auto, als we er bijna zijn vind ik mijn stem terug.

‘Hoe heet die therapeut ook weer,’ vraag ik aan Els die met een glimlach schuin omhoogkijkt.

Share!!

Deel dit bericht met jouw social network